Drumschool Carel Vrieling

Drumschool Carel Vrieling

Tip van Jolanda Hoogendoorn

Review:

Op de bovenste etage van een werkplaats van een bouwbedrijf in Koog aan de Zaan vind je de drumschool van Carel Vrieling. De Zaan is niet zichtbaar, wel molen de Pink en een fabriek. Het uitzicht is niet relevant want bezoekers komen hier voor drumles. Carel Vrieling geeft al zestien jaar les. Zijn eerste leerling was Jolanda Hoogendoorn. Ze had hem horen drummen en vond hem zo goed dat ze hem vroeg om drumles. Zestien jaar later beveelt ze hem van harte aan voor de status van Zaanse Parel op Kijk Zaans. ‘Vanwege zijn persoonlijke betrokkenheid, het feit dat zijn leerlingen zichtbaar en hoorbaar vooruit gaan en dat hij open staat voor verschillende stromingen. En dat hij je leert waar je om vraagt. Hij is een heel goede, maar ook een bescheiden drummer. Hij ziet het lesgeven als een uitdaging en als beroep dus niet als een bijbaantje om in zijn levensonderhoud te voorzien.’

Reden genoeg dus om hem een bezoek te brengen. Carel Vrieling: ‘Op mijn dertiende begon ik begonnen met drummen. En wist direct dat ik dit de rest van mijn leven wilde doen. Het ging me zo makkelijk af en ik vond het zo vreselijk leuk. Urenlang drumde ik na school. Op mijn 25e ben ik met het conservatorium begonnen waardoor ik nu ook de goede opleiding heb om les te geven.

Drummers zitten vaak te tikken. Je herkent onmiddellijk of het om een zenuwtik gaat of dat er een ritme in zit. Wanneer leerlingen achter het drumstel plaatsnemen dan weet je na tien minuten of ze aanleg hebben of niet. Of ze het ontwikkelen is een heel andere vraag. Je ziet vaak dat mensen met aanleg er minder voor doen dan anderen. Door heel veel te oefenen kun je ook zonder talent ver komen. Elke dag tien minuten oefenen achter je drumstel maakt al een verschil. Je maakt dan ook je hoofd leeg en vult het met muziek.

De drummer is de motor van de band en bepaalt de dynamiek en het tempo. Hij of zij bepaalt of de muziek strak en goed gespeeld wordt. Drum is het meest intuïtieve instrument. Al lang geleden werd er getrommeld, want in de tropen groeide er natuurlijke drums. Daarop volgde veel varianten. In 1909 werd de eerste basedrum met een pedaal bespeeld, waarna er talloze varianten aan werden toegevoegd.

Drummen is voor mij zeer belangrijk. Het is mijn werk maar ook mijn hobby. Het is mijn leven. Ik vind het heel leuk om met mensen om te gaan. Met de leerlingen praat ik ook over allerlei zaken. Dat persoonlijke kunnen ze eventueel ook verwerken in hun spel. Twee keer heb ik een open dag gehouden. Elke keer voeg ik er elementen aan toe zodat het nog leuker wordt.

Mijn jongste leerling is 6 en de oudste is 75 jaar. Ze komen vooral uit de Zaanstreek, maar ik heb ook een leerling uit Purmerend en zelfs een uit Wageningen. Beginnende leerlingen krijgen les met een cd die ze moeten naspelen. Gevorderde leerlingen brengen hun eigen muziek in.

Om het betaalbaar te maken, krijgen de leerlingen met z’n 2en les. Dat heeft ook voordelen omdat ze van elkaar leren. Want bij muziek maken is het heel belangrijk om goed naar elkaar te luisteren.

Met muziek leer je een taal die overal ter wereld herkend wordt. Ook al spreek je niet letterlijk elkaars taal, maar met muziek kun je wel een klik maken.

Ik stimuleer leerlingen om met de muziek een interessant verhaal te vertellen, sommige pikken dat goed op. Drummen moet je wel bijhouden. Het is natuurlijk ook leuk dat drummers een speciale positie innemen, want het verrijkt wel je leven als je als drummer start met een schoolband en wellicht verder gaat. Ik speel zelf ook verschillende bands. Een daarvan is de begeleidingsband op de open dag.’